Angela Bulloch - Betoverende pixels

Angela Bulloch (Canada 1966) woont en werkt in Londen en Berlijn. In 1997 was zij een van de genomineerden voor de Turner Prize. Toch is haar werk in Nederland nagenoeg onbekend.

door Frits de Coninck

Het is donderdagmiddag, twee dagen voor de opening. De koele volmaaktheid die de installaties van Angela Bulloch zo kenmerkt is nog ver weg. De Pont zindert nu nog in ogenschijnlijke chaos. Kisten met elektronica, gereedschap, ellenlange tafels met potten verf, medewerkers die met de grootst mogelijke precisie de verfroller over een afgetapete vierkantje laten gaan: een gigantisch kleurraster in wording, timmerlui, technici, fotografen, nieuwsgierige critici en directeur Hendrik Driessen die over alles gaat, van strategie tot biervoorziening. Ook dit is de werkelijkheid van een museum. De nervositeit van een tentoonstelling in opbouw. Tussen alle bedrijvigheid door loopt Angela Bulloch. Hier corrigerend, daar waarderend, geen minuut rust. Een veldheer die alles in de hand heeft. Klein en onopvallend.

Het is voor de eerste keer dat ze in Nederland haar werk laat zien. In Tilburg toont ze installaties, druksels en kleurrasters op de wand. Een gesloten wereld van licht, kleur en beweging. Een wereld waarvan de ruimte onlosmakelijk deel uit maakt. Een van de problemen als men zich een beeld wil vormen van haar werk is dat het nadrukkelijk plaatsgebonden is. De presentatie in De Pont is georganiseerd in samenwerking met musea in Oxford, Wenen en Toronto maar op elke plaats ziet de tentoonstelling er anders uit, elke ruimte is immers volkomen anders. Wat Bulloch toont en vooral hoe, is altijd de vraag.

Een andere, haar werk typerende moeilijkheid is dat het op afbeeldingen altijd gemankeerd is. Dit werk is niet fotografeerbaar. Dat kun je natuurlijk van alle beeldende kunst zeggen. Kunst moet je in werkelijkheid zien en beleven: een foto is een onvolledige en beperke reproductie, bij gebrek aan beter. In het geval van Bulloch komt daar nog bij dat de beweging in de installaties aan de foto ontsnapt, en dat het werk het niet alleen moet hebben van de wisselwerking met de ruimte, maar ook met de beschouwer. Probeer zoiets maar eens te fotograferen.

lichtboxen

Het oeuvre van Angela Bulloch bestaat uit interactieve installaties, licht- en geluidswerken in de vorm van pixelboxen, videoprogramma’s, teksten, tekenmachines en fotoreeksen. Een belangrijke ambitie in haar werk is het manipuleren van bestaande vormen en structuren die de kijker bewust maken van zijn relatie met onze informatiemaatschappij. Zo maakte ze haar Rules, in De Pont overigens niet te zien, uit alle lagen van onze westerse maatschappij bij elkaar gescharrelde regels, verordeningen en voorschriften die ons gedrag (moeten) bepalen. Door die regels bij elkaar te zetten in een museale omgeving worden ze geïroniseerd en ontdaan van hun autoritaire karakter. Dat is een daad van ontregeling en ondergraving van hardnekkige systemen. Het vraagt een actieve houding van de kijker.

Bij Bulloch berust alles op beweging. Het meest bekend zijn haar Pixel Boxes. In 2000 maakte ze haar eerste. Wat je ziet is een verzameling kubusvormige lichtboxen, opgesteld in diverse formaties. Gestapeld of achter en naast elkaar op de vloer, of soms ook wandvullend. De configuratie is, uiteraard, afhankelijk van de ruimte. Elke kubus bevat drie 14-watts fluorescerende lichtbuizen in rood, groen en blauw die elk in staat zijn 256 kleurvlakken te produceren die samen weer 16.777.216 kleurschakeringen kunnen genereren. In theorie althans, want voor het menselijke oog is dat niet meer te onderscheiden. Wat wij wel zien zijn monochrome vlakken die van kleur veranderen. De kubus is gemaakt van hout, het scherm is van een wittig soort glas dat een diffuus licht oplevert. Elk kleurvlak kun je beschouwen als een pixel, het kleinste element aan kleurinformatie dat de basis vormt van een digitaal beeld. De naam is afgeleid van ‘picture element’, een aanduiding van de beeldresolutie en de scherpte, van de beeldkwaliteit kortom.

In de installatie Daniel: Group Of Seven (One Absent Friend) uit 2005 laat Bulloch het videobeeld en de pixels waaruit het is samengesteld fascinerend samenkomen. We zien op de wand de projectie van een danser, in kleur, die in slow motion bewegingen uitvoert. Tussen de projector en het beeld op de wand staat een pixelbox die een deel van de projectie vangt. Dat is het deel dat in het grote beeld op de wand als een zwarte kubus te zien is. Op een gegeven moment zien we de voeten op de ertussenin staande kleine box en de rest van het traag dansende lijf op de wand erachter. Verder staan in deze zaal nog vijf pixelboxen, variërend in grootte. Een heeft de omvang van een kleine kamer waar je in kunt lopen. Parallel met de vertraagde dans verandert het monochrome licht van de boxen. Kleur, licht en lichaam vallen zo samen in een onafgebroken ritme. Het ritme van de hartslag. Op de wand van de ruimte ernaast zien we dezelfde danser met dezelfde bewegingen, maar dan in zwart-wit. Het lichaam is zijn eigen schaduw geworden.

reductie

Een van de indrukwekkendste pixelinstallaties is Horizontal Technicolour uit 2002. Een terugkerend motief in Bullochs werk is het gebruik van fragmenten uit cultfilms, gemaakt na haar geboortejaar 1966. Bij Horizontal Technicolour ontleende ze het beeld aan fragmenten uit Michelangelo Antonioni’s film Zabriskie Point uit 1970, gecombineerd met sequenties uit 2001: A Space Odyssey (1968) van Stanley Kubrick. Zabriskie Point gold in de opwindende jaren zeventig als een aanklacht tegen de Amerikaanse consumptiemaatschappij. Althans zo werd de film allerwegen opgevat. Door vermelding van Zabriskie in de ondertitel appelleert Angela Bulloch aan het collectieve geheugen van mensen die zich de film kunnen herinneren. Dat wordt nog eens versterkt doordat ze gebruik maakt van soundtracks die bij het origineel horen, in het geval van Horizontal Technicolour is dat de muziek van Pink Floyd, maar ook die is geabstraheerd.

De gebruikte pixeltechniek is een vorm van abstrahering van de werkelijkheid in fases. Om te beginnen past Bulloch een belangrijke reductie toe door bestaande betekenisvolle beelden terug te brengen tot pixels. Gezien de geringe grootte van die kleinste beeldelementen kan het niet anders dan dat het maar om een paar beelden uit een film kan gaan. Het bombardement van pixels dat het televisie- of filmbeeld oplevert maar dat wij vanwege de hoge snelheid nooit zo kunnen waarnemen, wordt dus gereduceerd tot losse beelden. Vervolgens vindt er een vergroting plaats: elk pixel wordt opgeblazen tot een kleurvlak in de vorm van een pixelbox die wij zien in de installatie. De boxen zijn onderling met elkaar verbonden zodat de verlichte kleurschermen tot een lineaire structuur worden die langzaam van kleur verandert. Die beweging brengt ons bij de derde fase in het proces van abstractie, de vertraging. Volgen de pixels in ons vertrouwde filmbeelden elkaar op met een snelheid van 24 per seconde, Bulloch heeft dat tempo vertraagd tot één per seconde, het ritme van een gezonde hartslag waarmee de beweging van pixels zich voltrekt in een menselijk tempo. Om dat hele proces van reductie, vergroting en vertraging zichtbaar te maken heeft ze samengewerkt met technici en dj’s die de noodzakelijke software ontwikkeld hebben.

Angela Bulloch doet een sterk beroep op de verbeeldingskracht. Zonder die ontbreekt elke betovering en gaat de inhoud niet verder dan de techniek van het medium. Dan schroef je als het ware een pixelbox open en beschrijf je wat je ziet. Zoals je een taart kunt beschrijven naar de ingrediënten, in plaats van te waarderen naar de smaak. Of beperk je je tot het boek met schema’s en RAL-kleuren die de medewerkers voorschrijven wat ze op de wand aan kleurvlakken van 50 bij 50 cm moeten schilderen. Want net als in het geval van de conceptuele kunstenaars in de jaren zeventig gaat het er ook bij haar niet om wie een installatie ter plekke bouwt of schildert. Er is echter een groot verschil met de minimal art waarmee haar werk altijd in verband wordt gebracht. De ‘what-you-see-is-what-you-get’-werkelijkheid van een kubus van Soll LeWitt is een heel andere dan de zindering en de verbeelding van Angela Bullochs abstracties. Haar wanden met lichtbollen in alle denkbare kleuren voeren je naar een andere, spannende wereld. Een wereld die betovert door het zachte licht van ontelbare kleurschakeringen die eindeloos in het zelfde trage ritme veranderen. Alsof hier het licht wordt geboren.

Het kan geen toeval zijn dat aan de achterzijde van een van de ruimtes met het werk van Bulloch een reusachtige geschilderde regenboog van Jan Andriesse hangt. Op zijn eigen, manier heeft ook hij het licht en de kleur ontdekt, anders maar wel even hypnotiserend.

Gepubliceerd in Museumtijdschrift, april 2006




Terug naar overzicht